2005. Maandag ochtend. Oh nee, middag. Het was al na twaalven. Zondagavond werkte ik in Café de Geus in Enschede. Flesjes avond. Al het fles bier voor de helft van de prijs! Zotte avonden, met veel gezelligheid. Ik was zelden voor 05:00 thuis.
Inmiddels was mijn les Duits in volle gang. Ik zat in 6 VWO en had elke maandagochtend Duitse les. Maar ik had wel wat beters te doen: uitslapen.
“Sorry, ik kan niet naar Duitse les komen op maandag, want ik werk tot zondagavond laat. Kan ik de les inhalen op een ander moment?”
Gelukkig was mijn Duitse leraar een wat luie man – of het interesseerde hem gewoon geen snars. “Vraag maar aan je klasgenoten wat je huiswerk is”, antwoordde hij.
Na Duits had ik ‘tekenen.’ Ook die les moest ik helaas skippen elke maandagmiddag, want nadat ik was opgestaan trok ik mijn paardrijkleding aan en fietste ik naar stal. Paarden poetsen, stal uitmesten, paardrijden. Een grote hobby destijds.
Ik maakte van de maandag een extra weekend dag. Die tekenoefeningen haalde ik wel in.
Mijn vader wist uiteraard niks van mijn 3-daagse weekend. Mijn moeder wel. En zij steunde me volledig. Dat het schoolsysteem is gebouwd op een ‘one size needs to suit all’, vond zij net zo bizar als ik.
Wat zij ook zo bizar vond is dat we als mensen elke ochtend onze wekker zetten en ons bruut laten wekken. Gehaast de dag starten. In de auto stappen, aansluiten in de file. Vervolgens een hele dag in een muffe kantoortuin gaan zitten lullen om niks (kuch… vergaderen heet dat) en einde dag opnieuw aansluiten in de file. Om gehaast thuis te komen. Wat eten naar binnen werken. Nog 2 uurtjes voor de tv hangen, naar bed, piekeren over de dag van morgen, en het riedeltje weer herhalen.
Sinds mama’s overlijden is er iets in mij veranderd. Er heeft een besef zich diep in mij genesteld. En ik kan het (gelukkig) niet terug draaien: er komt een moment dat we onze laatste adem uitblazen. Ja, ook jij, jonge god die je bent! Hopelijk duurt het nog even, maar je weet het nooit. Op het moment dat die dag des oordeels komt, weet je wat dan belangrijk is?
Sowieso niet die les Duits.
Ook niet per se om 9:00 uur op kantoor zijn.
Of weer zo’n suffe vergadering bijwonen.
Of je druk maken om een presentatie over de aanpak van het maken van een plan van aanpak voor een mediaplan voor een campagne die misschien helemaal niet komt.
Wat de drie minuten voor die laatste adem het enige is wat telt: “Heb ik het een beetje leuk gehad?”
Heb ik geleefd? Heb ik lief gehad? Hadden anderen mij lief?
Dat.
Wat weerhoudt ons gekke homo sapiens er toch van om hier naar te leven? Wat maakt dat we dingen die totaal onbelangrijk zijn, belangrijk blijven maken? Waarom blijven we een ratrace lopen in onze hoofden? Zijn we stiekem bang om te erkennen dat er geen tweede kans is, dat DIT het is, dit is ons leven? Voelt dat te kwetsbaar, te intens? Duiken we daarom met onze kop in de file – uh, het zand – om niet te hoeven erkennen dat dit leven eindig is, en magere Hein ons allemaal komt halen?
Schrijf je in voor Puck’s 3 op dinsdag. Vragen, quotes, lessen, tips en adviezen die jou inspireren!